Konijn à l'orange op de barbecue

salie peterseliestengels laurier kaneelstokje Marinade: sinaasappelsap tripple sec sjalotjes kardemom rabarber citroensap

Maak de marinade. Snipper sjalotjes. Pers een paar teentjes knoflook. Maak een kruidentuiltje van takjes rozemarijn, tijm, salie, laurier, peterseliestengels en een kaneelstokje. Schil en snijd een paar stengels rabarber op schijfjes. Neem een diepe bowl en leg er de stukken konijn in met de sjalotjes, rabarber, knoflook en het kruidentuiltje. Kruid met kardemom. Giet er versgeperst sinaasappelsap bij tot het vlees ondergedompeld is. Doe er het sap bij van een citroen. Giet er nog een glas tripple sec bij en roer alles goed om. Marineer de stukken konijn 1 uur op kamertemperatuur. Droog het vlees af en bewaar de marinade met het kruidentuiltje.

Bereid de saus voor. Giet bij de marinade vers sinaasappelsap en kippenfond in gelijke hoeveelheden (3 x 1/3). Meng met een paar eetlepels tomatenpuree en een paar eetlepels honing. Leg het kruidentuiltje in de saus. Snijd een paar zoete uien in halve maantjes. Haal de buitenste lagen van een bol vers knoflook en snijd de bol horizontaal in dikke schijven. Leg ze bij de rest in de saus.

Op de barbecue. Zet een wokpan of Dutch oven zonder deksel in het midden boven de koude zone. Giet er de saus in. Sluit het deksel van de pan en ook dat van de barbecue en laat de bereiding aan de kook komen. Open de barbecue, verwijder het deksel van de sauspan. Grill de stukken konijn op directe hitte. Zorg ervoor dat ze langs alle kanten dichtgeschroeid zijn. Leg het vlees in de sauspan. Sluit het deksel van de barbecue, niet dat van de sauspan. Het is de bedoeling dat de saus inkookt. Laat anderhalf uur staan op matige hitte (150- 180°C). Controleer dan of het vlees zacht genoeg is. Dien op met een fris slaatje en gegrilde nieuwe aardappeltjes.