le lapin du lundi perdu – konijn op Doornikse wijze

ingrediënten - info konijn uien bloem pruimen rozijnen

Week een ruime portie pruimen en rozijnen in lauw water. Bak de stukken konijn rondom bruin in een pan met boter. Leg ze daarna in een kasserol. Snijd een paar uien in halve maantjes en bak ze in dezelfde pan met een extra klont boter. Als de uien glazig zijn, bestuif ze dan met een paar eetlepels vloeiende bloem. Meng goed en laat nog kort bakken. Doe nu de inhoud van de pan bij het konijn in de kasserol. Vul die aan met water tot het konijn volledig ondergedompeld is. Kruid met peper en zout en leg er een kruidentuiltje van peterseliestengels, laurier en tijmtakjes bij. Giet er een flinke scheut azijn bij, bijvoorbeeld witte balsamico en een paar eetlepels bruine suiker. Roer alles nog eens goed om.

Le lapin du lundi perdu is een traditioneel gerecht dat in Doornik in familie- en vriendenkring gegeten wordt op Verloren Maandag, de eerste maandag na Driekoningen. Het recept is een sobere versie van het ons beter gekende ‘konijn met pruimen’. Hier geen bier of wijn in de bereiding, maar puur water. Dat verwijst naar de oorsprong van het gerecht, toen arbeidersgezinnen zich die dure drankjes niet konden veroorloven en al zeker niet om er eten mee te bereiden.

boter laurier tijm peterselie azijn bruine suiker zout en peper

Laat minstens anderhalf uur sudderen met open deksel. Roer de bereiding in die tijd een paar keer om. Voeg een half uur voor het einde van de kooktijd de geweekte pruimen en rozijnen toe. Controleer of het konijn gaar. Haal het kruidentuiltje eruit en werk af met wat gehakte peterselie. Dien op met gekookte aardappelen, maar zeker niet met frieten. Dat zou weinig respectvol zijn voor de mooie traditie van dit gerecht. Geef er wel een salade tournaisienne bij.