ingrediënten - info
mager spek
beenham
wokolie
eieren
boter
kruidenzout
prei
wortel
selder
nasi goreng - gebakken rijst
Nasi goreng is van Indonesische oorsprong en betekent
in die taal ‘gebakken rijst’. Er bestaan talloze varianten
van dit recept. Deze versie hier, is meer de Kantonese
rijst, met doperwtjes en lente-ui.
Belangrijke constante in alle varianten is, dat de gekookte
rijst koud verwerkt wordt met de overige ingrediënten. Zo
is het gerecht ook ontstaan: de rijst van de vorige dag
werd verwerkt met restjes vlees, vis en/of groenten.
Dit gerecht is zeer veelzijdig. Je kan het perfect als bijgerecht
serveren in het geheel van een rijsttafel of als bijgerecht bij
een barbecuebuffet, warm of zelfs koud. Maar het meest
geschikt is het wel als hoofdgerecht.
Veel hangt af van de dosering van de ingrediënten. Voeg je
veel vlees en groenten toe in verhouding tot de rijst, dan
hoeven er geen andere schoteltjes bij opgediend te worden,
behalve misschien een sausje.
Laat je de rijst overwegen, dan is het meer geschikt als
begeleidend schoteltje bij, bijvoorbeeld kip of varkensvlees. In
dit recept werd trouwens varkensvlees verwerkt, maar je kan
dat perfect vervangen door kip of kalkoen. En ja hoor, laat het
vlees en de garnaaltjes weg en je hebt een smaakvolle
vegetarische schotel.
Nog één detail: serveer je het als hoofdgerecht, dan worden er
vaak één of een paar spiegeleitjes bij aangeboden.
Foto rechts: nasi goreng in combinatie met gebraden kip en
pindasaus. Een bijzonder geslaagde match.
Chinese kool
sjalot
knoflook
rood pepertje
sojascheuten
lente-ui
bamboescheuten
doperwtjes
grijze garnaaltjes
rijst
sojasaus
Verwijder het vet van het mager spek en snijd het vlees in
grote dobbelstenen. Doe hetzelfde met de sneden beenham.
Bak eerst het spek in een beetje wokolie en voeg na een paar
minuten de hamblokjes toe. Zet de bereiding langs de kant als
beide vleesblokjes krokant gebakken zijn.
Maak een omelet, kruid met kruidenzout en laat afkoelen.
Snijd de omelet in vierkante blokjes.
Maak de wokgroenten klaar: prei, worteltjes, selder, Chinese
kool, sjalotjes, vers knoflook. Alles wordt in zeer fijne brunoise
gesneden. Haal de zaadjes uit een kleine rode peper en snijd
die in fijne reepjes. Meng met de wokgroenten.
Was de taugé (sojascheuten). Snijd een bussel lente-uitjes op
ringetjes. Was de bamboescheuten. Laat de doperwtjes
uitlekken. Noot: gebruik voor je gezondheid en voor het milieu
steeds conserven uit glas indien beschikbaar. Pel de grijze
garnaaltjes.
Kook de rijst gaar volgens de instructies op de verpakking.
Hier werd gekozen voor een mengeling van basmatirijst en
zilvervliesrijst. Zet afgedekt en koel weg tot gebruik.
Verhit een wokpan met een scheut wokolie en roerbak de
wokgroenten met de bamboescheuten 4 minuten. Voeg dan de
sojascheuten toe en roerbak nog 2 minuten. Kruid met peper,
zout en sojasaus.
Voeg nu de rijst toe en roerbak een minuutje. Voeg het
gebakken vlees en de gesneden omelet toe en meng alles
goed. (kruiden)
Houd de bereiding warm tot gebruik. Meng net voor het
opdienen met de grijze garnaaltjes en werk af met de
gesnipperde lente-uitjes.
Kruimelpad
Selectie
Seizoensgebonden producten
De meeste ingrediënten in dit recept
zijn het hele jaar door beschikbaar.
Hier wordt van sommige vermeld
wanneer ze op hun best zijn.