ficelles picardes
boter
sjalotje
gruyère
peper en zout
mascarpone
plakjes gekookte ham
De pannenkoeken. Meng 2 losgeklopte eieren met 250 g
bloem. Voeg al kloppend met een garde een halve liter melk
toe tot een glad beslag. Breng op smaak met een snuifje zout.
Laat het beslag een half uurtje rusten. Bak daarna de
pannenkoeken in een hete koekenpan met boter.
De vulling. Hak een bakje champignons grof in een blender.
Fruit een gesnipperd sjalotje in boter en voeg de gehakte
champignons toe. Kruid met peper en zout. Roerbak verder op
matig vuur tot het vocht volledig verdampt is. Meng met een
handvol Gruyère, een paar eetlepels mascarpone en een
scheutje witte balsamico.
De afwerking. Leg een plakje ham op een pannenkoek.
Schep er een paar eetlepels vulling op. Rol de pannenkoeken
voorzichtig op zonder te veel aan te drukken, zodat de vulling
er niet uitloopt.
Schik ze naast mekaar in een ovenschotel. Bedek met een
paar eetlepels mascarpone en wat geraspte gruyère.
Zet de ovenschotel 15 minuten in een voorverwarmde oven op
185°C tot de kaas kleurt.
ingrediënten - info
eieren
melk
(volkoren) patisseriebloem
witte champignons
De creatie van deze bekende ‘ficelles’ dateert uit de jaren
vijftig van vorige eeuw. De bedenker is Marcel Lefèvre,
een kok uit Amiens in Picardië. Het gerecht is nauw
verwant aan de Belgische crêpes ardennaises. Het
verschil zit in de vulling, die bij ons gemaakt wordt op
basis van een bechamelsaus, met toevoeging van blokjes
ham een gesneden champignons. Voor het overige is de
bereiding vrijwel identiek.